Je euro wordt elk jaar minder waard. Tijd voor beter geld? Tijd voor the Bitcoin Standard?

Donald Duck Index

De Donald Duck is nu 35x zo duur als in 1952. Een stijging van 5,5% per jaar. Elk jaar kun je minder kopen van je euro's. Tijd voor een betere manier om waarde op te slaan? Wat kan Bitcoin daarin betekenen? Lees over de Donald Duck Index!

MarktColumnBitcoin

Donald Duck Index
0%
Bert Slagter
Door Bert Slagter

Gisteren tijdens het eten hadden de oudste twee (8 en 9 jaar) het over geld en over sparen voor later. En voor we het wisten ging het over euro's en bitcoins, en het verschil ertussen.

Een euro is ontworpen om uit te geven, omdat je er elk jaar minder mee kunt kopen, omdat de overheid er steeds meer van maakt. Jouw euro wordt daardoor steeds minder zeldzaam en dus minder waard.

Een bitcoin is ontworpen om mee te sparen, omdat je er elk jaar meer mee kunt kopen, omdat niemand er zomaar meer van kan maken.

In dat laatste zit natuurlijk de aanname dat Bitcoin (als protocol, netwerk, ecosysteem) niet stuk gaat, en in de loop der jaren volwassen wordt. Niemand kan die garantie geven, de tijd zal het leren, enzovoorts.

Maar van alle soorten geld die er nu zijn, inclusief euro's, goud en alle cryptomunten, is Bitcoin by far het meest kansrijk om over 20 jaar nog te bestaan én de beste store of value te zijn.

Trouwens, de beste manier om Bitcoin te slopen, is volgens Saifedean Ammous de terugkeer van overheden naar een "sound money". Dat is geld dat niet bijgedrukt kan worden. Een belangrijke reden om bitcoins te gaan gebruiken verdwijnt dan, namelijk een manier om waarde te behouden op lange termijn.

Terug naar de eettafel.

We noemden een aantal voorbeelden van dingen die nu duurder zijn dan een paar jaar geleden. Brood, appels en cola bijvoorbeeld. Daar zou je nu met dezelfde euro dus minder van kunnen kopen als toen. Je gespaarde euro is dus minder waard geworden uitgedrukt in brood, appels en cola.

Donald Ducks

En toen zagen we de Donald Ducks liggen. Of die dan ook steeds duurder worden. Spontaan veldonderzoek volgde. In korte tijd hadden ze 13 verschillende jaren bij elkaar gevonden, 2006 t/m 2019. Alleen van 2012 lag hier niet.

In 2006 kostte een Donald Duck nog 1,65 euro, en in 2019 al 3,15 euro. Bijna een verdubbeling!

Als je tien euro had gespaard in 2006, dan had je er toen 6 duckies van kunnen kopen, en nu nog maar 3. Inflatie heet dat. En flink ook, als je de Donald Duck moet geloven.

Tijd voor vervolgonderzoek! Eerst op zolder de rest van de Donald Ducks erbij gehaald. Voor de oudere nummers op internet gezocht naar foto's van voorkanten. En invoeren in een spreadsheet.

Inflatie

Een Donald Duck is in een kleine 70 jaar zo'n 35x zo duur geworden. Gemiddeld elk jaar 5,5% duurder. Interessant, want dat is meer dan wat de officiële inflatiecijfers zeggen, en meer dan wat overheden nastreven. Dat is namelijk een inflatie onder, maar dicht bij de 2%.

Om iets meer met deze cijfers te kunnen hebben we er een indicator voor gemaakt in TradingView, met daarin de jaarlijkse prijs, de jaarlijkse inflatie en een instelbare index.

Daarmee kunnen we de Donald Duck Index vergelijken met een consumer price index (CPI). Een CPI wordt door een overheidsbureau maandelijks of jaarlijkse opgesteld om een indicatie te geven van de prijsontwikkeling van spullen en diensten die mensen kopen voor consumptie.

De Amerikaanse CPI-data die beschikbaar is vanuit de Federal Reserve gaat terug tot 1947, en is daarom interessant vergelijkingsmateriaal. In de bovenste helft van de grafiek hieronder zien we drie periodes.

Van 1952 tot 1973 stijgt de Donald Duck Index sneller dan de CPI.
Van 1973 tot 2001 gaan ze gelijk op.
Van 2001 tot 2019 stijgt de Donald Duck Index sneller dan de CPI.

In de onderste helft is de jaarlijkse prijsstijging van de Donald Duck afgezet tegen de Amerikaanse year-on-year inflatiecijfers.

Met name de divergentie na 2001 vinden we interessant. Is men toen begonnen met het oppoetsen van inflatiecijfers? Of was de inflatie in Nederland of de eurozone toe gewoon veel hoger dan in de VS? Tijd om de Nederlandse cijfers er eens bij te pakken.

Nederlandse cijfers

Via Quandl kunnen we wat cijfers over de Nederlandse inflatie inladen vanuit de databron van het IMF. Die lopen helaas maar terug tot 1980, maar geven over de afgelopen 40 jaar wel een interessant beeld.

Hieronder zie je ze ingetekend op de kaart. We hebben de Donald Duck Index gelijk gezet op het eerste datapunt in 1980. De CPI stijgt in die periode zo'n 115%, en de Donald Duck Index maar liefst 440%.

Voor het dramatische effect staat de schaal hier op lineair. Een logaritmische schaal past beter bij inflatie, want gelijkblijvende inflatie betekent exponentiële groei. Op een logaritmische schaal zou de prijsindex een rechte lijn moeten zijn.

De CPI groeit van 47.9 naar 103 in 40 jaar, dat is gemiddeld 1.9% per jaar.
De Donald Duck Index groeit van 47.9 naar 258.5 in 40 jaar, dat is gemiddeld 4,3% per jaar. Een flink verschil!

Elk jaar minder waard

De Donald Duck is interessant omdat de waarde voor de consument door de tijd heen tamelijk gelijk is gebleven. Het is altijd een weekblad geweest, met een gelijkaardige oplage, met een gelijkaardige doelgroep en een gelijkaardige positionering.

Voor veel andere consumptiegoederen geldt dat niet. Die waren vroeger luxe en nu gewoontjes. Of vroeger populair en nu vergeten. Of vroeger technologisch onbereikbaar en nu algemeen beschikbaar. Enzovoorts.

Van een prijsindex zoals de CPI wordt elk jaar de samenstelling veranderd om hiervoor te compenseren.

Met die jaarlijkse wijziging kun je sturen. En er zijn partijen die daar belang bij hebben. Overheden willen een lage inflatie omdat ze anders de lonen en uitkeringen teveel moeten verhogen. En ook omdat voor het bepalen van de koopkrachtplaatjes het BBP (bruto binnenlands product) gecompenseerd wordt voor inflatie. En wie wil er nou geen goede koopkrachtplaatjes?

Nou ja, voor dit artikel laten we het bij de constatering dat ondanks de officiële inflatie van 1,9% gemiddeld de Donald Duck in 40 jaar gemiddeld 4,5% duurder is geworden.

De belangrijkste conclusie is dat je elk jaar heel wat minder kunt kopen voor je euro's. En dat er over langere periode weinig van overblijft.

The Bitcoin Standard

De heersende economische visie is dat inflatie en het vergroten van de geldhoeveelheid nodig is om de economie draaiende te houden. Ten koste van de mensen die hun geld steeds minder waard zien worden.

We zullen in de toekomst meer schrijven over een alternatieve economische visie die uitgaat van een "hard money" waarbij geld z'n waarde behoudt over tijd. Dit is voor iedereen beter, behalve voor overheden die te kwistig met de pinpas zwaaien.

Je begrijpt dat er vanuit overheden, centrale banken en de grote financiële bedrijven weinig enthousiasme is om de drukpers in de wilgen te hangen. Maar ze kunnen weinig doen tegen consumenten die hun vermogen over langere tijd willen bewaren en daartoe iets kopen wat de overheid niet bij kan drukken, zoals vastgoed, goud of... bitcoin.

Ja, maar bitcoin is zo volatiel, de koers stijgt en daalt enorm. Dat is toch helemaal geen goede store of value?

Terechte constatering.

Nu is de koers nog enorm beweeglijk. Maar bitcoin staat als geld nog in de kinderschoenen. De totale waarde is met 200 miljard dollar nog minuscuul in vergelijking met bijvoorbeeld goud (8.000 miljard dollar) en de dollar (15.000 miljard dollar). De beweeglijkheid van de koers zal sterk afnemen als het verder groeit. Net als het gemak om te kopen en verkopen.

Nu is het voor de meeste mensen nog te vroeg om er een flink vermogen in te stoppen. Te risicovol, te onzeker, te moeilijk. Maar voor de innovator, de jongere, de techneut, de wakkere econoom en de slimme rijke is het een prima moment om in te stappen.

Want: Nul is het foute getal!

Naschrift

Toen we bijna klaar waren met het artikel en eens op Google zochten op Donald Duck Index, zagen we dat Lars Boelen in 2013 min of meer hetzelfde gedaan heeft. Uiteraard: Ere wie ere toekomt, dus zie dit artikel gerust als een update of uitbreiding van het idee van Lars!

Iedereen heeft een mening

Onder de noemer Opinie schrijven we regelmatig over een spraakmakende podcast, video of tweetstorm. We zijn het niet noodzakelijkerwijs eens met de spreker of schrijver, maar vinden het interessant genoeg om te delen, duiden en ondertitelen.

Over de auteur

Bert Slagter

Bert Slagter

Medeoprichter van LekkerCryptisch. Achtergrond in informatica en natuurkunde. Bouwt mooie software, teams en bedrijven. Student van geopolitiek, macro-economie, complexe systemen en waarschijnlijkheid. Op zoek naar het signaal in de ruis.